Verzoeker heeft zich niet gehouden aan de taken en verplichtingen die zijn verbonden aan het PGB, zodat dit terecht is beëindigd en de nieuwe aanvraag voor een PGB vv mocht worden afgewezen.

Verzoeker had een toekenning voor een PGB vv voor de periode van 1 januari 2021 tot en met december 2022. In verband met een verslechterde gezondheid heeft verzoeker in 2021 bij zijn zorgverlener meer uren afgenomen dan geïndiceerd waren. Hierdoor was het volledige budget voor 2021 al in september 2021 opgebruikt. De ziektekostenverzekeraar heeft om deze reden het PGB vv per 1 januari 2022 beëindigd. In 2022 heeft verzoeker een nieuwe aanvraag ingediend. Deze is door de ziektekostenverzekeraar afgewezen, omdat verzoeker zich bij een eerdere verstrekking van het PGB vv niet heeft gehouden aan de taken en verplichtingen die hier bij horen. De commissie constateert dat verzoeker het toegekende budget in 2021 niet in overeenstemming met de gestelde indicatie heeft besteed en dat hij destijds geen nieuwe aanvraag voor een hoger aantal uren heeft ingediend, om overschrijding van het budget te voorkomen. Om deze redenen heeft de ziektekostenverzekeraar terecht geconcludeerd dat verzoeker niet in staat is het PGB vv te beheren en kon besluiten het lopende PGB vv per 1 januari 2022 te beëindigen en de nieuwe aanvraag af te wijzen. De commissie wijst het verzoek af.

Volledig document openen (pdf)