Bindend advies GcZ, 24 december, SKGZ202301325
Bindend advies GcZ, 24 december, SKGZ202301325
Uitspraak Geschillencommissie Zorgverzekeringen | |
Uitkomst: | Afgewezen |
Datum uitspraak: | 24 december 2023 |
Datum publicatie: | 7 december 2023 |
De ziektekostenverzekeraar is niet gehouden de maandpremie te stellen op € 50,- per persoon per maand en af te zien van het in rekening brengen van het verplicht eigen risico.
Verzoekster heeft de commissie verzocht te beslissen dat de ziektekostenverzekeraar is gehouden de maandpremie voor de verzekering tegen ziektekosten van haarzelf en de persoon die eveneens op het polisblad staat vermeld te stellen op € 50,- per maand, en af te zien van het in rekening brengen van het wettelijk verplicht eigen risico van € 385,- per persoon per jaar. De ziektekostenverzekeraar dient een en ander aan te passen in zijn administratie en moet de opdracht aan de door hem ingeschakelde deurwaarder intrekken. Tevens vordert verzoekster vergoeding van de door haar gemaakte kosten.
De ziektekostenverzekeraar heeft het voorstel van verzoekster verworpen. Nadat een achterstand in de premiebetaling was ontstaan heeft hij de vordering overgedragen aan de deurwaarder. Tevens stuurde de ziektekostenverzekeraar verzoekster en de medeverzekerde brieven in het kader van de zogenoemde wanbetalersregeling.
De commissie overweegt dat verzoekster en de medeverzekerde onder de Nederlandse rechtsmacht vallen. De bepalingen van de Zvw en het BW zijn op de beide op het polisblad vermelde personen van toepassing. Als Nederlands ingezetenen zijn zij verzekeringsplichtig, aangezien gesteld noch gebleken is dat hier sprake is van gemoedsbezwaarden of van militairen in actieve dienst en derhalve voor hen een verplichting bestaat een (zorg)verzekering op basis van de Zvw af te sluiten.
Voor de zorgverzekering geldt dat de zorgverzekeraar de ‘grondslag van de premie’ vaststelt voor elke variant die hij aanbiedt. Hierop zijn alleen de wettelijke kortingen toegestaan alsmede de incassokorting vanwege premiebetaling per kwartaal, halfjaar of jaar. De ‘grondslag van de premie’ is voor alle (aspirant)verzekerden met die variant van de zorgverzekering gelijk, teneinde risicoselectie te voorkomen. Daarmee is de ‘grondslag van de premie’, en de hiervan afgeleide te betalen premie, niet onderhandelbaar.
Het voorgaande gaat niet op voor de aanvullende ziektekostenverzekering. Hiertoe bepaalt artikel 7:940 BW dat in geval van een aangekondigde, eenzijdige wijziging – hetzij en bloc dan wel groepsgewijs – de verzekeringnemer de keuze heeft in te stemmen met stilzwijgende verlenging tegen de gewijzigde premie dan wel opzegging van de verzekering. Verzoekster heeft voor die laatste mogelijkheid nadrukkelijk niet gekozen.
Intussen is een premieachterstand ontstaan. De ziektekostenverzekeraar mocht de vordering overdragen aan de deurwaarder. Van cessie van de vordering is niet gebleken. Tevens mocht hij maatregelen treffen in het kader van de zogenoemde wanbetalersregeling. De commissie besluit tot afwijzing van het verzoek.
Tags
Klacht indienen
Heb je een probleem waar je met jouw zorgverzekeraar niet uitkomt, dan kun je dit aan ons voorleggen.