Bindend advies GcZ, 10 juli 2024, SKGZ202303578

Bindend advies GcZ, 10 juli 2024, SKGZ202303578

Uitspraak Geschillencommissie Zorgverzekeringen
Uitkomst: Afgewezen
Datum uitspraak: 10 juli 2024
Datum publicatie: 10 juli 2024

Verzoekster heeft aan de commissie verzocht te beslissen dat (i) zij geen fraude heeft gepleegd, (ii) haar persoonsgegevens ten onrechte zijn opgenomen in de verschillende registers, (iii) de onderzoekskosten naar haar declaratiegedrag ten onrechte door de ziektekostenverzekeraar bij haar in rekening zijn gebracht, en (iv) de ziektekostenverzekeraar zonder haar toestemming heeft geprobeerd de volgens hem verschuldigde bedragen af te schrijven van haar bankrekening. Verzoekster heeft de in het geding zijnde vervoerskosten via haar telefoon gedeclareerd en hierbij heeft zij fouten gemaakt. Volgens haar is echter geen sprake geweest van opzet.

De ziektekostenverzekeraar heeft gesteld dat uit het door hem verrichte onderzoek is gebleken dat verzoekster over een geruime periode bewust, stelselmatig en veelvuldig onrechtmatig vervoersritten heeft gedeclareerd. Van de 2.710 door verzoekster gedeclareerde ritten blijken slechts 60 ritten rechtmatig te zijn gedeclareerd. De ziektekostenverzekeraar beschouwt dit als fraude. Om die reden heeft de ziektekostenverzekeraar aan verzoekster een aantal maatregelen opgelegd: de onrechtmatig verkregen vergoeding van € 45.023,82 wordt teruggevorderd, haar verzekeringen zijn beëindigd en zij mag de komende vijf jaren geen nieuwe verzekering afsluiten bij de ziektekostenverzekeraar of het concern waartoe hij behoort, de onderzoekskosten van
€ 733,50 worden van verzoekster gevorderd, en de persoonsgegevens van verzoekster worden in de diverse registers opgenomen voor de duur van acht jaren. Daarnaast heeft de ziektekostenverzekeraar aangifte gedaan bij de politie. De commissie overweegt dat uit de door de ziektekostenverzekeraar bij de betrokken zorginstellingen opgevraagde informatie is gebleken dat tegenover het overgrote deel van de door verzoekster gedeclareerde ritten geen afspraak op die locatie stond. Verzoekster heeft geen informatie aangedragen waaruit het tegendeel blijkt. De commissie overweegt verder dat vast staat dat de vergoedingen ter zake van het vervoer aan verzoekster zijn uitgekeerd. Dat de ontstane situatie het gevolg is van door verzoekster gemaakte fouten vanwege het declareren per mobiele telefoon is niet aannemelijk, omdat verzoekster immers vele malen meer kreeg vergoed dan waarop zij aanspraak had: de foutmarge zou volgens haar dan 97,8% zijn geweest. Desgevraagd heeft zij hiervoor geen verklaring kunnen geven, waar dat wel had mogen worden verwacht. De commissie concludeert daarom dat verzoekster het opzet heeft gehad de ziektekostenverzekeraar te misleiden, met als doel vergoedingen te ontvangen waarop geen aanspraak bestond. Daarmee is sprake van fraude, en de ziektekostenverzekeraar mocht het teveel uitgekeerde daarom van verzoekster terugvorderen. Tevens mocht hij de door hem opgelegde maatregelen treffen. Aangezien de opname in de verschillende registers voldoet aan de vereisten van subsidiariteit en proportionaliteit en de gevorderde onderzoekskosten door verzoekster niet gemotiveerd zijn bestreden, ziet de commissie geen aanleiding om één of meer maatregelen te schrappen dan wel te matigen en wijst zij het verzoek af.

Box icon

Tags

Klacht indienen

Heb je een probleem waar je met jouw zorgverzekeraar niet uitkomt, dan kun je dit aan ons voorleggen.

Ik wil een klacht indienen

Gerelateerde uitspraken